Blog

10 december 2013

Recht op meer uren voor mantelzorg is geen oplossing voor werknemers en werkgevers

Mantelzorgers en werkgevers zitten niet te wachten op een wettelijke regeling voor meer uren om werk en mantelzorg beter te kunnen combineren.

Bedrijven kunnen mantelzorg prima zelf regelen met hun werknemers, vond VVD-Kamerlid Arno Rutte donderdag, tijdens het Kamerdebat over mantelzorg. Bedrijven die niet op deze maatschappelijke trend inspelen, krijgen op den duur te maken met torenhoog ziekteverzuim, verwacht hij.

In de praktijk zien we dat steeds meer bedrijven mantelzorg op de kaart zetten.

Niet alleen in de zorgsector, waar traditioneel veel mantelzorgers werken, is er aandacht voor dit onderwerp. Ook andere sectoren buigen zich over dit onderwerp. Tuin- en bouwbedrijven tekenen intentieverklaringen. Het aantal ondernemingen dat erkend wordt als ‘mantelzorgvriendelijk’ neemt gestaag toe.

Zo liet De Groot Installatiebedrijf in Emmen, een onderneming met 350 monteurs, een onderzoek doen naar het aantal mantelzorgers op de werkvloer. Een op de tien monteurs bleek mantelzorger.

Maar groeit daarmee ook het beroep dat werknemers doen op de werkgever om werk en zorg beter te kunnen combineren? Als adviesbureau zien we vooralsnog dat weinig werknemers aankloppen bij hun werkgever voor aangepaste werktijden of andere ondersteuning.

We merken vooral dat werknemers zich het liefst zelf willen redden, ook als de druk steeds hoger wordt. Ze willen niet graag dat ‘hun zorg’ op het bordje terecht komt van de werkgever. Nog steeds zijn er ondernemingen die geen idee hebben hoeveel medewerkers mantelzorger zijn. Wanneer we intern onderzoek doen, blijkt opeens een op de acht tot tien werknemers thuis voor hulpbehoevende familieleden te zorgen.

Op de spreekuren die we bij verschillende bedrijven organiseren, kloppen de werknemers wel aan. Ze hebben vragen over een persoonsgeboden budget, over ondersteuning in de verzorging en hoe ze om moeten gaan met steeds meer zorgtaken. Kortom: mantelzorg wordt door werknemers gezien als een probleem waar ze zelf een oplossing voor moeten zoeken en betrekken de werkgever daar vaak niet bij.

Dat laat ook het gebruik van het zorgverlof zien, een wettelijke voorziening om werk en zorg beter te kunnen regelen. Volgens cijfers van het Sociaal Cultureel Planbureau maakt maar 26 procent van de werkende mantelzorgers gebruik van kortdurend zorgverlof. Meer dan zeventig procent werkt dus gewoon door – en voelt zich steeds meer overbelast. Van onbetaald langdurig verlof maken werknemers nauwelijks gebruik. Waarom niet? Een verklaring is dat werknemers hun problemen thuis niet graag delen met de werkgever; bang voor nadelige consequenties voor hun loopbaan.

Een wettelijke verplichting om mantelzorgers meer uren te geven is daarom niet de oplossing. Het is veel beter dat bedrijven de aandacht voor mantelzorg binnen de onderneming zelf op de kaart zetten. Een belangrijke rol ligt hier voor de leidinggevende. Als deze het onderwerp bespreekbaar maakt en beseft wat voor impact mantelzorg heeft, zullen medewerkers eerder geneigd zijn een boekje open te doen over hun thuissituatie.

Om te werken aan een stevig vangnet voor deze mantelzorgers, doen bedrijven er verstandig aan te beseffen dat praktisch iedereen met mantelzorg te maken krijgt. Is het niet nu, dan gebeurt het door de vergrijzing binnen afzienbare tijd. Investeren in een cultuur waarin mantelzorg bespreekbaar is, is essentieel. Alleen op die manier durven werknemers over hun situatie te praten en zijn hoge verzuim- en verloopkosten te voorkomen. Gebeurt dat niet, dan blijft een wettelijke regeling voor meer tijd en ruimte voor mantelzorg een dode letter.